Column Danny Membre: Laat de horeca stijgen tot hoofdstad niveau

Een tijdje geleden werd ik gevraagd om voor dit blad een column te schrijven. Waarom ik?, was mijn eerste gedachte. A: ik kan niet leuk schrijven en B: heb ik niet al genoeg gezegd de afgelopen jaren? Want het moest natuurlijk over uitgaan in Leeuwarden gaan. Ik besloot toen der tijd deze column daarom als een kans te zien een kritische noot te plaatsen bij de hoera-stemming die ik vaak tegenkom. ‘De stad zit in de lift, staat landelijk op de kaart, heeft de hoogste evenementdichtheid, wil de beste binnenstad worden en – hosanna! – straks is Leeuwarden ook nog eens Culturele Hoofdstad van Europa! Maar ik wilde ook niet té kritisch zijn en heb toen besloten om positiever te beginnen want klagen is zo makkelijk. Toen ik echter Richard van Gelderen zijn column las, zag ik dat wat hij zei ik ook al jaren vind en denk. Ik wil daarom zijn mening ondersteunen en ook mijn stem laten horen in deze kwestie. Want wie de oogkleppen even afzet, ziet dat de werkelijkheid – het heden – een stuk minder rooskleurig is. Toenemende leegstand in de binnenstad en een afnemende horecadynamiek. Er valt echt nog héél veel te verbeteren! Voor wat betreft mijn afdeling, de horeca, heb ik ’t over vriendelijkheid, gastvrijheid, ondernemerschap, samenwerking en visie.

Met mijn gammele schrijvershand wijs ik als eerste naar de bestuurders van onze stad. Hun beleid is te veel gericht op veiligheid, handhaving en controle op naleving van wetten die soms meer dan 80 jaar oud zijn. Daarna wijs ik ook naar de ondernemers zelf (waar ik mezelf ook nog steeds toe reken). Vaak regeert wanhoop en angst, ontstaat een klaagcultuur en is iedereen bezig zijn eigen zaak ‘in de lucht’ te houden. Daarom gunnen ze elkaar de schaarser wordende klandizie niet. Nu kan ik er natuurlijk allerlei pietluttige of schrijnende praktijkvoorbeelden bij halen. Over terrassen die vijf centimeter moeten opschuiven, parasols en gevelbelettering die niet aan de (nieuwe) voorwaarden voldoen, samenscholingen (drukte) voor de deur; of het meten met twee maten, oneerlijke concurrentie en gebrek aan ondernemerschap of de ruimte daarvoor. Maar dat doe ik niet! Want ‘Uit! in Leeuwarden’ wil met positieve berichtgeving komen. Daarom leg ik bij deze alvast een (doel)stelling in de week: ‘Het uitgaansleven in Leeuwarden moet naar een niveau stijgen dat past bij een hoofdstad. Dat betekent: gastvrijer en levendiger.’ Als deze stelling wordt gedragen, dan kan het een uitgangspunt zijn om een gezamenlijke visie op papier te krijgen.

Een visie waarin ondernemers, gemeente en politie afzonderlijk van elkaar formuleren waar de schoen wringt om dit doel te realiseren. Want als we allemaal hetzelfde voor ogen hebben, dan wordt duidelijke afspraken maken een stuk makkelijker. Lijkt mij tenminste. Want de ondernemers zijn het hart van deze stad en daar mogen de bestuurders van deze stad wel eens wat zuiniger op zijn. Ik zag toevallig een foto van de opening van de  nieuwe Zara waar de burgemeester pontificaal voor het pand stond met op de achtergrond de ondernemers. Het eerste dat ik dacht was: zet de ondernemers op de voorgrond en meneer de burgemeester gaat u nu achter de ondernemers staan. Dat zou pas een mooi statement zijn geweest.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *